Urban Trad Zout
Daar
Ken je nog die plaats
Aan het lege strand
Waar
We ooit naar de overkant vaarden, wij elkaar
Nooit meer zagen, en jaren vervaagden
Want oeverloos kwam je nooit aan
Blijf
Bij me als een bootje
Dat stil naast me
Drijft
Ik ben maar een meisje in't water, dat verstijft
Als een boei die me vasthoudt
Een drijfhouten mast
Zijn schip is hij kwijt
Zout
De zee smaakt zo koud
Ik hou me vast aan de wind
Ik stroom en ik droom
Dat een jutter me vindt
Meer
Was ik als een meermin
Voor jou, je kwam
Weer
Dreef ik dan de zee in met jou
Ik alleen
Als jij tegen me
Deint, om me heen spoelt en
Zachtjes tegen me aanmeert
Zout
De zee smaakt zo koud
Ik hou me vast aan de wind
Ik stroom en ik droom
Dat een jutter me vindt
Me meeneemt
Me droogt en belooft
Dat ik dit keer
Niet meer, nooit meer droom
Je beeft
Gaf je me je handen, je haren
Ik wreef
Ze wel tot ze gloeiden en straalden
Tot je bleef
In de waan dat we vaarden
Tot waar'k
Min of meermin
Het water uit dreef
Zout
De zee smaakt zo koud
Ik hou me vast aan de wind
Ik stroom en ik droom
Dat een jutter me vindt